Druif van de maand : Cabernet sauvignon

Samen met de merlot is de cabernet sauvignon de meest aangeplante druif ter wereld.
Men vindt deze druif veel in Bordeaux, maar ook in Californië (Napa Valley), Nieuw-Zeeland, Zuid-Afrika, Australië, Chili, Argentinië, Italië, Roemenië en vele andere landen.

De typiciteiten zijn kleine besjes met dikke pellen, laatrijpende druiven die in koude jaren moeilijk rijp te krijgen zijn (met noties van groene paprika’s tot gevolg, hoewel dit met de opwarming van de aarde minder vaak voorkomt) en lage rendementen. De cabernet sauvignon groeit goed op arme gronden met klei en steentjes (zoals in de Médoc).

In de jeugd komt de cabernet sauvignon zeer strak, rechtlijnig en gesloten over. Als men de wijnen echter laat rijpen (eiklagering is zeer interessant voor dit ras), wordt de wijn zachter, rijker, en breder met meer complexiteit, subtieler en gedifferentieerder in smaken. Klassiek heeft hij in zijn jeugd een zeer present tanninekader, dat zachter wordt door eiklagering, en eleganter is als de bessen rijp zijn. Ook een pittige aciditeit is vaak kenmerkend. Deze twee kenmerken zorgen ervoor dat de wijnen heel lang kunnen bewaren en zeer complex worden naarmate ze langer in uw kelder liggen. Niet voor niets wordt de carnet sauvignon aanzien als de ‘koningsdruif’ en één van de meest nobele druivenrassen van de hele wereld.

Binnen Bordeaux zijn het de wijnen uit de Médoc regio die het vaakst het grootste percentage cabernet sauvignon bevatten, en het is ook om deze reden dat ze hun wereldwijde naam en faam hebben gemaakt.

 

Klik hier om onze wijnen met hoofdzakelijk cabernet sauvignon te ontdekken